Wat betekent het, een huis leeg te maken waarin je je halve leven hebt gewoond? Wat laat je achter en wat neem je mee? Wat waardeloos is, wordt kostbaar, en omgekeerd. En het meest kostbaar zijn herinneringen. 

Maar hoe ruim je niet alleen een huis maar ook jezelf op? Wat als het afscheid van je huis samenvalt met dat van dierbaren? Over dat onverwacht dubbele afscheid is dit een hoogstpersoonlijk en aangrijpend boek.

Wat overblijft bewaart het verleden als schatkamer voor de toekomst. Het is een koesterend verweer tegen verwoestende eindigheid. Een ode aan het belang van zelfs het allerkleinste. 

  • Uitgeverij Polis
  • 2020
  • 264 blz.
  • ISBN 978-94-6310-528-6
  • E book ISBN 978-94-6310-546-0

Dit vonden zij ervan

Karel Vingerhoets

‘Ben met Wat overblijft opgestaan en gaan slapen – een écht goed boek brengt een mens al snel in een soort van verliefdheid. Zo goed geschreven. Een mens moet binnen blijven voor zo’n mooie reis.’

Chantal Pattyn

‘Wat een prachtig boek is Wat overblijft van Ingrid Vander Veken. Haar afscheid van een huis waar ze nooit mee samenviel gaat uiteindelijk gepaard met een queeste naar de geschiedenis van dat huis, de histories van de buurt, notities over afscheid nemen, van een huis, zijn ingewanden en van een vriend, die terminaal is. Dit boek ademt afscheid.’

Warre Borgmans

‘Ik word meegenomen in een eindeloze wereld van kleurrijke herinneringen, nauwgezette getuigenissen, weemoed en plezier, eenzaamheid en pure vriendschap, filosofische bedenkingen – binnen de stevige muren van Het Huis.’

Tessa Vermeiren

De aanleiding om het eigen verleden en dat van het huis en de buurt te exploreren, te ontleden met voorzichtige, tedere vingers.  Afscheid, daar gaat dit boek over, over het besef van eindigheid en tegelijk het vergeefse verzet daartegen. Maar ook over het leven vieren tot de laatste snik, vieren in de zin van schenken en ontvangen, in het grote gebaar maar meer nog in de kleine alledaagsheden. (…)  Op een manier die Ingrid Vander Veken zo eigen is: met elegantie en eruditie.

Patrick Lateur

“Een ode aan herinnering en geheugen, aan huis en houvast. Ongewildin tijden van corona een warme aansporing om precies het leven binnen de vertrouwde muren en hagen met nieuwe ogen te bekijken. En dus ook mentaal thuis te blijven.”

In de pers

De Morgen, Boeken

VRT, Klara, Pompidou

Een heel mooi boek, vond Klara-netmanager Chantal Pattyn. Zij las het, maakte er deze fraaie foto van en…

…nodigde me uit voor een gesprek in het cultuurmagazine Pompidou.

Beluister het hier.

De Standaard Weekblad, Interview

Gazet van Antwerpen, Interview

VAT, Interview

Het Nieuwsblad

Een mens bezit niets

In ‘Wat overblijft’ verwoordt Ingrid Vander Veken (1948) uitvoerig wat het betekent een woning leeg te maken waarin je jarenlang hebt gewoond. Wat neem je mee? Wat belandt in het containerpark? En wat doe je met al die herinneringen die onlosmakelijk met het huis zijn verbonden?

Een woning leeghalen bij een sterfgeval of een verhuizing, het is me wat. Geen mens die er enthousiast aan begint. Wat wil je? Opruimen is geconfronteerd worden met het verleden. Een emotioneel gebeuren. Herinneringen aan alles wat zich tussen stille muren heeft afgespeeld, afscheid nemen van zo veel – van gebruiksvoorwerpen tot objecten – dat plotseling overbodig lijkt.

Het overkwam Ingrid Vander Veken die op een dag besloot te verkassen naar een minder ruime woning. Een beslissing met allerlei gevolgen die ze van tevoren niet had ingeschat. Het zette haar alvast aan tot het schrijven van ‘Wat overblijft’, een autobiografisch boek over een rijpere vrouw die, aan alles wat ze in haar vroegere woning onder handen krijgt, haar leven overschouwt. Een eenvoudige tafel is al voldoende om heel wat beelden van vroeger op te roepen.

‘Dit is de tafel van lachen en huilen, van ruzies en verzoeningen, van laat ontbijten en stapels kranten lezen. Van heerlijke spijzen en overvloedige drank en urenlange gesprekken met vrienden of gasten uit de hele wereld.’

En zo gaat haar verhaal niet klassiek lineair maar in korte hoofdstukken, waarin van de hak op de tak wordt gesprongen, verder. Naarmate de verhuizing dichterbij komt slaat de vertwijfeling meer en meer toe. Landkaarten verwijzen naar verre reizen die inmiddels definitief zijn geschrapt. Er zijn boeken die nooit meer gelezen zullen worden, afgedankte kleren, enzovoort.

Het staat allemaal symbool voor alles wat ooit is geweest. Is het om die reden dat er wordt verwezen naar M.J. Eberhardt, een Amerikaanse dokter, die zich op zijn zestigste van al zijn bezittingen ontdeed – hij schreef er het boek ‘Ten Million Steps’ over – om ten slotte niets anders meer te doen dan wandelen? Het brengt Vander Veken bij een huisvriend die terminaal ziek is en over wie ze zich met twee anderen – ze noemen zichzelf musketiers – heeft ontfermd. Zonder in al te goedkope emotionaliteit te vervallen schrijft  ze zijn levensverhaal treffend en met een sublieme pen neer. Kennelijk een sereen man die een diepe indruk op haar heeft nagelaten.

‘In zijn brief gaat Vriend dieper in op wat niet enkel bij ons bewondering en verwondering wekt. Sindsdien ben ik doordrongen geraakt van het besef dat een mens niets bezit: geen huis, geen hond, zelfs geen leven. Dat alles hebben wij slechts te leen, wij zijn er de hoeders van.’

Hoe ze afscheid nemen van een huis met het heengaan van een dierbare vriend in een voortreffelijke stijl op een subtiele manier laat samenvallen getuigt van literair vakmanschap. Na ‘Zwijgen’ (2016) verdient Ingrid Vander Veken met ‘Wat overblijft’ een meer dan ruime lezerskring.

Karel Alleene

Stadsradio Vlaanderen

 In zijn veelbeluisterd middagprogramma maakte ook Guy Van Antwerpen

tussen de muziek plaats voor een interview.

Beluister het hier.

Het Laatste Nieuws

In The Picture: "Absolute aanrader"

Enig mooi hoe de auteur haar zinnetjes draait. Dat is een gave die slechts weinigen is gegeven. We noemen het zelfs ‘pure’ poëzie.

Op de cover in een vaag lichtbruine kleur de korte titel ‘Wat Overblijft’ met eronder in nog lichter beige de naam van de auteur. Op de achterzijde de lovende woorden ‘ Een wondermooi boek over vergankelijkheid’, gevolgd door de volgende tekst : ‘Wat betekent het, een huis leeg te maken waarin je je halve leven hebt gewoond? Wat laat je achter en wat neem je mee? Wat waardeloos is, wordt kostbaar, en omgekeerd. En het meest kostbaar zijn herinneringen.’

Wie niet verder leest, en denkt in dit boek dé leidraad te vinden bij het opruimen van het eigen huis en zolder, zou zich wel eens op het verkeerde been voelen gezet. Verwacht hier geen schatten op zolder, en geen leerrijke tips in het wegwijs maken van ‘wat hou je’ en van wat neem je best afscheid. Het afscheid nemen in dit boek draait niet alleen om het huis dat moet worden achtergelaten, maar ook, en veeleer zelfs, om het verlies van een terminaal zieke Vriend, met grote V.

Er zijn de herinneringen aan de stiefzoon Mohammed, en zo aan Egypte. De wereldreiziger die de auteur is. Ook in gedachten. Syrië, de vluchtelingenproblematiek. Dat wat ooit aan de vingers kleefde, en er op een dag wel eens van tussen glipt. De Ginkgo Biloba kan rustig in het oude huis zijn dagen blijven slijten, op de gezamenlijke binnenkoer voor het nieuwe huis staat immers al een andere. Die nog ouder blijkt te zijn.

‘Wat overblijft ‘ is een zegen voor de lezer die van poëtisch geschreven literatuur houdt. De fraai gedraaide zinsbouw vraagt van de minder ervaren lezer wel wat aandacht en de nodige concentratie. ‘Veel te mooi’ zouden Erik & Sanne zingen.

Een absolute aanrader.

Willy van Bouchaute

Zo klonk het bij de boekvoorstelling

"Haar beste boek tot nu toe"

Uitgever Harold Polis

"Het heeft me begeesterd, vastgegrepen"

Auteur Anneleen Van Offel

"Schoonheid is zichtbaar geworden liefde"

Kurt Van Eeghem